Vandaag komen we aan in de stad, waar mijn nieuwe vriendin woont. Ze is blij, dat we er bijna zijn. Ik zou willen, dat ik met haar mee kon gaan. Het is een prachtige mens! Maar nee, ik ben op weg naar Jakarta en deze bus gaat daar naar toe. Ik ben niet flexibel. Ik wil nu naar Jakarta. Ik heb een afspraak, die ik wil houden.
Onderweg komen we door kleine en grotere steden. In veel steden staat politie op straat en wijst de bestuurders om langs een post te gaan. Daar reikt de bijrijder met een hand uit de bus en leegt de inhoud in de hand van de politieman. We kunnen dan onze reis zonder veel vertraging voortzetten. Is dit een stadbelasting, die hier betaald wordt? Of is het, wat in Noorwegen bom-penger heet? De eerste keer, dat ik in Noorwegen het bord bom-penger zag, durfde ik er niet langs te rijden. Ik had er geen behoefte aan een bom te laten ontploffen, dus reden we weer terug.
Naderhand hebben we geleerd, dat het geen weg is vol met bommen, maar dat je moet betalen om hem te mogen gebruiken. Penger is het noorse woord voor geld. Hier zijn heel veel doorsmeer- en tempelban-borden langs de weg. Doorsmeer doet me denken aan het "doorsmeren en olie verversen" dat elk half jaar (als ik het wel heb) met de auto van mijn moeder moest gebeuren.
Zij vond het niet prettig als het weer zo ver was, want dan moest de auto naar de garage en kon ze hem die dag niet gebruiken. Dit doorsmeer ziet er wel er nederlands uit. Het woord tempelban is een woord, waar ik langer over moet puzzelen. Een tempel is een tempel en ban is ban. Willen ze hier alle tempels uitbannen? Het duurt een paar dagen, tot ik begrijp, dat ban het woord voor band is. Ik neem aan, dat tempel een merknaam is. Ik heb niet veel tempels op Sumatra gezien, niet in Medan en ook niet onderweg.
In de nacht ben ik meestal wakker, gedurende de dag slaap ik een beetje. Misschien waren er tempels, maar heb ik ze niet gezien omdat ik sliep. In de nacht is niet zo veel te zien als overdag. De stops zijn steeds bij een restaurant, dat langs de weg ligt. De cauffeurs zijn zeer galant. Zij bieden mijn reisgenote en mij steeds thee aan, wat ik graag aanneem. Ik was verbaasd, over de rotzooi die uit het raam gegooid werd in Medan, nu zie ik, dat dat normaal is in Indonesie.
Bij iedere bus stop wordt de bus schoon gemaakt. Binnenin wordt de vloer geveegd en alles, wat daarbij samen komt, wordt het trappetje naar beneden geveegd en landt zo op de parkeerplaats. En alle passagiers en buschauffeurs moeten erover heen klimmen om in of uit de bus te kunnen komen. Op de parkeerplaats liggen dus meerere hopen afval.
Voor mij als Europeaan is dat een enorme verspilling van energie. Ik heb step-saving geleerd. Dat betekent, dat als je ergens naar toe gaat, je datgene, dat ook daarheen moet, meeneemt. Ik zou een grote zak of mand nemen om het afval in te gooien en dat in een vuilnisbak gooien, maar ik moet toegeven, dat hier geen vuilnisbakken zijn. Misschien ben ik te europees?
Of zijn de Indonesiers in coma? Dan kunnen ze een hpi-CURSUS volgen.