Ik ben net als mijn moeder. Ik zeg, dat je weg moet gaan, maar eigenlijk ben ik blij, dat iemand aandacht aan me schenkt.
Ik zit hier moederziel alleen met sigaretten en televisiespel. Ik speel met mezelf voetbal in plaats van dat ik mijn muziek speel.
Ik heb een opname van mijn muziek opgezet, maar dat is toch heel anders dan de muziek maken.
Ik doe niets. Ik voel me doodgeslagen. Ik word door iedereen de deur gewezen. Jij geeft me iedere keer een zet of por als we elkaar zien.
Ik ben dat niet gewend. Ik kom uit een gezin, waar weinig fysiek kontakt was. ik begrijp dat wel, omdat hun ouders ook zo waren, maar ik voel me daardoor niet geaccepteerd zoals ik werkelijk ben.
Niemand lijkt te begrijpen, dat ik behoefte heb aan fysiek kontakt. En dan ben jij opeens daar. En jij doet, wat geen ander doet. Jij geeft me die por, die zet of lacht me liefdevol toe.
Je straalt als je me ziet en ik word daardoor aangestoken. Ik zie je graag.
Maar nu bezoek je mij. Wat wil je van mij? Je bent mijn moeders vriendin en mijn moeder is woedend op me, omdat ik niets doe. Ik kan niets doen, want alles wat ik doe is niet goed of het deugt niet.
Dat is altijd al zo geweest. En nu, nu ben ik 18, volwassen heet dat. Ik voel me niet zo. Ik ben helemaal afhankelijk van alles en iedereen en weet niet hoe ik dat, wat ik diep in mijn hart wil, tot stand kan brengen.
Ik ben niet boos op mijn ouders. Zij hebben hun best gedaan, maar het heeft mij niet geholpen om zelfvertrouwen te krijgen en dus ben ik bang.
Bang voor de toekomst en die angst wordt door de angst van mijn moeder nog versterkt. Zij snapt dat niet, want zij is zich niet bewust van wat zij doet.
Zij steekt haar kop tussen de benen en kijkt alleen maar achteruit. Zoals een mens, waarvan de ouders niet hun verantwoording nemen.
Ik kan, als goed autist, me niet onttrekken aan deze energie van geen verantwoording nemen. Mijn ouders leven het me voor. Ze sturen me weg, omdat ze niet weten hoe ze me kunnen helpen volwassen te worden, omdat ze zelf nog niet volwassen zijn.
Zij zijn blijven steken in hun jeugd. Ze zien dat bij anderen, maar merken niet, dat ze dat zelf ook doen. Zij weten de weg niet, en jij ook niet. Je denkt, dat je de weg weet, maar bewezen heb je het nog niet.
Jij bent niet anders dan zij, het enige verschil is, dat jij misschien een beetje ziet, wie ik werkelijk ben. Heb je dat zelf ook ervaren? Er moet toch een reden zijn, waarom jij zo anders met mij omgaat, dan die anderen. Jij schrijft alles op en je zet het in internet.
Moet ik dat misschien ook met mijn muziek doen? Is dat misschien de mogelijkheid voor mij om met mijn muziek de harten van de mensen aan te spreken, die mij daarvoor dan goed belonen? Misschien moet ik me daar maar eens over laten informeren.
Intussen zit ik hier en heb het raam wagenwijd open, want de verwarming is kapot. Ik draai hem uit, maar hij gaat niet uit.
Zoals mijn liefde. Ik probeer hem binnen te houden, maar ik kan er niets aan doen, zij stroomt waar zij niet gaan kan en dat betekent, dat jij nu dit kleine verhaal laat ontstaan.
Ik neem waar, voel het na en kijk, wat ik ermee kan doen. Wat is de spiegel voor mij en wat heb ik al beleefd en kan ik jou vertellen, zodat jij niet dezelfde weg hoeft te gaan als ik. Ik hoop, dat ik voor jou een steentje heb kunnen weghalen, zodat jouw weg gemakkelijker wordt.
Je hebt het verdient! Jouw liefde is zo groot, dat je de ander steeds spiegelt. Wanneer hij de boel kort en klein slaat, doe jij dat ook. Je bent solidair. Deze solidariteit is niet jouw gedrag. Jij bent de liefde zelf. Jij bent galant, liefdevol en hulpvaardig.
Ik heb het raam niet dicht gekregen. Daarvoor had ik niet de kracht. Jou ist het wel gelukt. Jij bent krachtvol en deze kracht moet je gebruiken om je liefde te laten stromen, waardoor de liefde van de ander aangefakkeld wordt en daardoor beiden er beter van worden.
Het gaat niet om geld. Dat zijn getallen op de bank. Het gaat om de liefde. Als die stroomt, komt het geld vanzelf. Een ieder, die geld heeft, weet dit. Zoals Onassis al zei: “Degene, die beweert, dat je voor geld alles kunt kopen, beweist, dat hij het nooit heeft gehad!”
Wij zijn verbonden door de liefde. Je kunt me wegsturen en ik ga dan, wetende, dat de liefde blijft stromen.