|
|
I. De middenstroom:
rechter hand bovenop het hoofd,
de linker hand op
1. voorhoofd, totdat het onder beide handen pulseert (geldt voor elke stap)
2. punt van de neus,
3. kin,
4. kuiltje bovenkant borstbeen,
5. midden borstbeen,
6. kuiltje onder borstbeen,
7. bovenkant schaambeen.
De linker hand blijft op de bovenkant schaambeen, terwijl de rechter hand op het stuitje/staartbeen gelegd wordt.
|
|
|
II. Rechter hand onderkant linker jukbeen, linker hand onder linker sleutelbeen.
Met ogen naar rechtsonder kijken, dan naar linksonder, dan van boven met de klok mee draaien en weer terug, dan neurie een melodietje, tel luid tot 5 en neurie hetzelfde melodietje nog eens.
Dan omgekeerd: linker hand onderkant rechter jukbeen, rechter hand onder rechter sleutelbeen en weer de ogen naar rechtsonder, naar linksonder, vanaf middenboven met de klok mee en weer terug draaien, neuriën, tellen tot 5 en neuriën.
|
|
|
III-1. Beide handen op bovenarmen.
De ogen naar rechtsonder, naar linksonder, vanaf middenboven met de klok mee en weer terug draaien, neuriën, tellen tot 5 en neuriën.
|
|
|
III-2. Ga op beide handen zitten of leg de handen op de billen.
De ogen naar rechtsonder, naar linksonder, vanaf middenboven met de klok mee en weer terug draaien, neuriën, tellen tot 5 en neuriën.
|
|
|
III-3. Rechter hand op linker schouder en linker hand onder linker bil.
De ogen naar rechtsonder, naar linksonder, vanaf middenboven met de klok mee en weer terug draaien, neuriën, tellen tot 5 en neuriën.
|
|
|
III-4. Linker hand op rechter schouder en rechter hand onder rechter bil.
De ogen naar rechtsonder, naar linksonder, vanaf middenboven met de klok mee en weer terug draaien, neuriën, tellen tot 5 en neuriën.
|
|
|
III-5. Handen op binnenkant bovenbeen met armen gekruist.
De ogen naar rechtsonder, naar linksonder, vanaf middenboven met de klok mee en weer terug draaien, neuriën, tellen tot 5 en neuriën.
|
|
|
III-6. Handen net onder knieholten.
De ogen naar rechtsonder, naar linksonder, vanaf middenboven met de klok mee en weer terug draaien, neuriën, tellen tot 5 en neuriën.
|
|
|
III-7. Handen op knobbels achterkant schedel.
De ogen naar rechtsonder, naar linksonder, vanaf middenboven met de klok mee en weer terug draaien, neuriën, tellen tot 5 en neuriën..
|
|
|
IV. Handen op voorhoofd.
De ogen naar rechtsonder, naar linksonder, vanaf middenboven met de klok mee en weer terug draaien, neuriën, tellen tot 5 en neuriën..
|
|
|
V. Linker hand op rechter schouder en stevig vasthouden. Kijk over de rechter schouder, over de linker schouder en laat het hoofd licht naar voren vallen en adem goed en diep in en uit.
Voel hoe de spieren ontspannen.
|
|
|
Rechter hand op linker schouder en stevig vasthouden. Kijk over de linker schouder, over de rechter schouder en laat het hoofd licht naar voren vallen en adem goed en diep in en uit.
Voel hoe de spieren ontspannen.
|
|
|
VI. Handen op voorhoofd.
De ogen naar rechtsonder, naar linksonder, vanaf middenboven met de klok mee en weer terug draaien, neuriën, tellen tot 5 en neuriën..
|
|
|
VII. Beweeg buiten, elke dag minstens een keer naar buiten en zo lang mogelijk lopen, wandelen. De snelheid is niet belangrijk, wel het bewegen. Liever langzaam een rondje om de kerk, in het park of het huis dan alleen maar zitten op balkon, terras of in het park.
|
|
|
|
TUSSENDOOR gedurende de dag:
|
|
|
VIII. Rechter hand op onderkant ribbenboog links, linker hand op rechter elleboog tot het pulseert onder beide handen.
|
|
|
Linker hand op onderkant ribbenboog rechts, rechter hand op linker elleboog tot het pulseert onder beide handen.
|
|
|
IX. Linker hand boven rechter oog, rechter hand op linker elleboog tot het pulseert onder beide handen.
|
|
|
Rechter hand boven linker oog, linker hand op rechter elleboog tot het pulseert onder beide handen.
|
|
|
X. Ene hand op voorhoofd, andere hand achter op onderkant schedel.
|
|
|
XI. Rechter hand op rechter wang, linker hand links op rug tussen bekken en ribbenkast.
|
|
|
Linker hand op linker wang, rechter hand rechts op rug tussen bekken en ribbenkast.
|
|
|
XII. Duimen draaien over nagel van ringvingers.
|
|
|
XIII. Linker hand boven rechter elleboog, rechter hand op binnenkant linker bovenbeen tot het pulseert onder beide handen.
|
|
|
Rechter hand boven linker elleboog, linker hand op binnenkant rechter bovenbeen tot het pulseert onder beide handen.
|
|
|
XIV. Beide handen op de rug, midden onderkant ribbenkast tot het pulseert onder beide handen.
|
|
Door dagelijks deze oefeningen te doen, bestaat de kans dat de algemene conditie merkbaar beter wordt.
|
FLYER.odt
|
