En zo schijnt de zon en is het prachtig weer. Het is einde februari en een jaar geleden, dat een leraar overleed. De groep, die hij gestart heeft, is erdoor veranderd.
Het leven gaat door als iemand komt de overlijden en het stopt ook op een bepaalde manier. Want je kunt elkaar niet meer in de ogen kijken.
Je hebt contact, want je hebt elkaar in de ogen gekeken, misschien zelfs een hand gegeven of alleen maar naar elkaar gezwaaid.
Te bang om niet meer naar het vasteland te komen en op een boot vast te zitten in de Deense wateren, heb je niet gewacht tot manlief terug kwam met de boot, maar heb je de boot, waar hij mee terug kwam genomen en dat was het dan?
Nee, de herinnering blijft. De herinnering aan een contact, dat geen gezicht heeft, geen handdruk en alleen maar een gevoel. Een gevoel van bekend, altijd al gekend, hoera!
Iemand, die ik ken en die mij kent! Een vrouw op een boot komt er niet af om de Nederlandse bezoekers van dit eiland welkom te heten en over te halen om naar binnen te komen en samen een kop thee te drinken en misschien zelfs te overnachten, zodat de volgende dag een zeereisje op de boot kan plaatvinden.
Of herinner ik me niet, dat er ook een uitnodiging tot overnachten was? Of wil ik me dat niet herinneren, omdat ik niet naar haar toe ben gegaan en te bang om de boot niet te halen?
Welke boten heb ik allemaal gemist, omdat ik te bang was?